Algemeen
Het resultaat van boekjaar 2024 bedraagt € 0,6 miljoen negatief. Het begrote resultaat was € 1,6 miljoen negatief. Naast een forse stijging van de rijksbijdragen en hogere overige baten zien we ook een stijging van de huisvestingskosten en overige kosten. De personeelslasten bleven onder de begroting. De belangrijkste oorzaken hiervan zijn de ontvangen subsidie voor basisvaardigheden, de regeling onderwijskansen en een hogere vrijval van de subsidie STO. De onderhoudskosten, energie- en schoonmaakkosten waren allemaal hoger dan verwacht. Binnen de algemene kosten zijn vooral advieskosten gemaakt voor projecten en onderwijsontwikkeling. Alle relevante verschillen worden hieronder toegelicht.
Risicomanagement
Het is wenselijk om risico's die van invloed zijn op de bedrijfsvoering zover mogelijk beheersbaar te hebben. Waar dit niet kan, willen we zo flexibel mogelijk kunnen reageren. De wereld is immers niet maakbaar. Door inzicht in de risico's wordt de organisatie in staat gesteld om op verantwoorde wijze besluiten te nemen, zodat de risico’s nu en de risico’s gerelateerd aan toekomstige investeringen in verhouding staan tot de vermogenspositie van de organisatie.
Nut en noodzaak van risicomanagement vallen grofweg uiteen in twee hoofddoelstellingen:
- het onderkennen van de risico’s en vandaar uit adequate maatregelen treffen
- risico-inventarisatie als onderbouwing van het weerstandsvermogen.
Risico’s in beeld
Om de risico’s van De Meerwaarde in kaart te brengen, is een risicoprofiel opgesteld. Uit de inventarisatie en evaluatie zijn 13 risico's geïdentificeerd. Om hier verder mee te kunnen werken is per risico in kaart gebracht:
- Wat de oorzaken kunnen zijn – en welke oorzaakbeperkende maatregelen kunnen worden genomen;
- Wat de gevolgen kunnen zijn – en welke gevolgbeperkende maatregelen kunnen worden genomen;
- Welke kans we toewijzen aan het risico;
- Welke financiële gevolgen de gebeurtenis met zich mee kan brengen.
Eén van de factoren is dus de inschatting van de kans dat het risico zich voordoet. Hiervoor is de volgende classificering aangehouden:
Categorie | Omschrijving | Weging financiële gevolgen |
---|---|---|
Laag | Niet erg waarschijnlijk dat het zich voordoet | 0,2 |
Middel | Heeft zich in het verleden vaker voorgedaan, het zou geen grote verrassing zijn indien het zich voordoet | 0,5 |
Hoog | Heeft zich in het verleden vaker voorgedaan, er zijn signalen die wijzen op optreden van het risico | 0,8 |
Een andere belangrijke factor is de inschatting van de financiële gevolgen wanneer een risico-gebeurtenis zich voordoet. De vastgestelde bedragen zijn de veronderstelde impact op het moment van optreden van de risicogebeurtenis. Dit kan ook zijn: de kosten die nodig zijn om de gevolgbeperkende maatregelen te nemen.
Hieronder worden de risico’s gepresenteerd
- Het leerlingenaantal vertoont significante fluctuaties naar beneden, het optimum (ca. 1850-1900 leerlingen) wordt niet bereikt;
- Onderwijskwaliteit blijft (ook qua inclusie) achter bij de ambities;
- Passend onderwijs komt te veel onder druk te staan (afkomstig van buiten de school);
- Onderwijsontwikkeling blijft achter bij ambities en verwachtingen;
- Kwalitatief en kwantitatief onvoldoende goed gekwalificeerd personeel;
- Ziekteverzuim blijft (te) hoog;
- Organisatie is kwetsbaar, sleutelfiguren (waaronder ook educatief) vallen uit of vertrekken;
- Onvoldoende grip op organisatie en exploitatie;
- Onbalans incidentele/structurele bekostiging;
- Inbreuk op integriteit van ICT-systemen en/of data (inclusief stroomuitval);
- Onderhoud sportcentrum (groot en jaarlijks) kan niet meer binnen normaal budget plaatsvinden;
- Pandemie;
- Sociale incidenten/ernstige veiligheidsincidenten.
Kwantificeren van risico’s
De kwantificering van risico’s en berekening van het gewogen risico leidt tot onderstaande tabel. Hiermee wordt zichtbaar welk buffervermogen er ongeveer nodig is om risico’s op te kunnen vangen.
Risico | Omschrijving | Inschatting financiële gevolgen | Kans | Weging | Gewogen risico |
---|---|---|---|---|---|
1 | Leerlingaantal | € 350.000 | H | 0,8 | € 280.000 |
2 | Onderwijskwaliteit | € 70.000 | H | 0,8 | € 56.000 |
3 | Passend onderwijs | € 300.000 | H | 0,8 | € 240.000 |
4 | Onderwijsontwikkeling | € 50.000 | H | 0,8 | € 40.000 |
5 | Personeel | € 70.000 | H | 0,8 | € 56.000 |
6 | Ziekteverzuim | € 10.000 | H | 0,8 | € 8.000 |
7 | Kwetsbaarheid | € 50.000 | M | 0,5 | € 25.000 |
8 | Exploitatie | € 200.000 | M | 0,5 | € 100.000 |
9 | Bekostiging | € 50.000 | H | 0,8 | € 40.000 |
10 | ICT-systemen | € 70.000 | H | 0,8 | € 56.000 |
11 | Sportcentrum | € 0 | L | 0,2 | € 0 |
12 | Pandemie | € 400.000 | L | 0,2 | € 80.000 |
13 | Incidenten | € 210.000 | L | 0,2 | € 42.000 |
Restrisico's | € 100.000 | € 100.000 | |||
€ 1.860.000 | € 1.123.000 |
De conclusie is dat De Meerwaarde ruim € 1,1 miljoen moet aanhouden als weerstandsvermogen voor risico’s. De hoogte van de algemene reserve ultimo 2024 bedraagt ruim € 2,9 miljoen. Hiermee is er voldoende weerstandsvermogen aanwezig.

Treasurybeleid
De stichting heeft beleid geformuleerd dat gebruik van derivaten uitsluit. Er zijn geen effecten in portefeuille.
De ontwikkeling van de rentestand sinds 2021 is de aanleiding geweest om in te zetten op het financiële instrument “Schatkistbankieren”. Schatkistbankieren betekent dat de publieke banktegoeden van De Meerwaarde worden ondergebracht bij het Ministerie van Financiën. Tot op heden geeft dit het beste renteresultaat.
Private middelen zijn geen onderdeel van het schatkistbankieren, maar staan veel mogelijk op deposito bij de Rabobank, onze huisbankier
Uit de liquiditeitsprognose voor de komende jaren blijkt dat De Meerwaarde over voldoende liquiditeiten beschikt. Er is geen financieringsbehoefte voor de komende jaren.
Rest van het financiële hoofdstuk
De overige paragrafen uit dit hoofdstuk kunt u hieronder downloaden.